De werking van LSD uitgelegd
LSD werkt door de stimulatie van de 5HT2a receptoren in het brein, wat leidt tot geestverruimende effecten. Het kan de activiteit van de amygdala verminderen, wat kan leiden tot een afname van negatieve emoties en een toename van positieve emoties. Daarnaast kan LSD de connectiviteit tussen verschillende hersengebieden veranderen, waardoor nieuwe perspectieven en inzichten kunnen ontstaan. Ook bevordert een LSD sessie de neuroplasticiteit, wat kan leiden tot een verbetering van het leervermogen. De uitwerking van LSD is krachtiger dan die van andere psychedelica vanwege de potentie en de langere duur van de trip.
Pagina's met meer informatie: LSD sessie | Werking van LSD
De werking van LSD op de hersenen is uniek, diepgaand en zeer goed onderzocht. LSD grijpt aan op specifieke hersenreceptoren en netwerken, waardoor de waarneming, emoties en het bewustzijn tijdelijk fundamenteel veranderen. Deze neurobiologische veranderingen verklaren de rijke visuele en emotionele beleving, maar ook de therapeutische potentie.
Waar grijpt LSD aan?
De belangrijkste plek waar LSD werkt, is de 5-HT2A-receptor. Dit is een serotonine-receptor die veel voorkomt in de cortex. LSD is een zeer potente partiële agonist van deze receptor. Als je deze receptor met een antagonist zoals ketanserine blokkeert, verdwijnen zowel de subjectieve tripervaring als de meetbare veranderingen in hersenactiviteit.
Daarnaast bindt LSD in mindere mate aan receptoren zoals 5-HT1A, 5-HT2C, dopamine D2, α2-adrenerge receptoren en de recent geïdentificeerde TAAR1. Deze dragen vooral bij aan de latere fasen van de trip, met lichte sympathische activatie of motorische onrust.
Wat gebeurt er in de hersenen tijdens een LSD trip?
Functioneel verlaagt LSD de binnen-netwerkcoherentie van het Default Mode Network (DMN), met name in de posterieure cingulate cortex en mediale prefrontale cortex. Tegelijkertijd neemt de connectiviteit tussen netwerken toe. Dit zorgt voor een lossere hiërarchische structuur in het brein en een toestand van verhoogde netwerk-entropie — met meer hersentoestanden en dus meer flexibiliteit in denken en voelen.
In de sensorische en visuele cortex ontstaat juist hyperconnectiviteit. De primaire visuele cortex (V1–V4) laat verhoogde bloedtoevoer en communicatie zien, wat sterk correleert met visuele hallucinaties. De thalamus – die normaal zintuiglijke input filtert – laat onder LSD een lossere ‘gating’ zien, waardoor rauwe sensorische informatie makkelijker de cortex bereikt.
In het limbisch systeem, met name de amygdala en hippocampus, wordt de reactiviteit op angstprikkels minder. Dat draagt bij aan emotionele verwerking en verhoogde empathie, een effect dat ook belangrijk is in therapeutische contexten.
Welke receptoren sturen dit proces?
Samengevat: LSD werkt vooral via 5-HT2A-receptoren in hersengebieden zoals de DMN, prefrontale cortex, visuele cortex en thalamus. Het leidt tot DMN-desintegratie, verhoogde netwerkconnectiviteit, meer zintuiglijke input en hoge entropie in hersenactiviteit. Deze veranderingen verklaren het ontstaan van ego-dissolution, hallucinaties en creatieve inzichten — de typische kenmerken van een LSD-ervaring.
Meer gedetailleerde uitleg over dit onderwerp is te vinden via de pagina over de werking van LSD.