Hoe verschilt psilo...
 
Meldingen
Alles wissen

[Opgelost] Hoe verschilt psilocybine therapie met conventionele therapeutische behandelingen?

3 Berichten
3 Gebruikers
2 Reactions
777 Bekeken
0
Topic starter

Hoe verschilt psilocybine therapie met conventionele therapeutische behandelingen?

Psilocybine therapie is een vorm van therapie dat bestaat uit drie hoofdonderdelen: voorbereiding, psilocybine sessie en integratie. Bij reguliere therapie is er niet een vaste indeling en verschilt dat per soort therapie. Het grootste verschil met de reguliere behandelmethoden in de GGZ is het gebruik van psilocybine zelf, dat geeft namelijk een hele ander bewustzijn dan de nuchtere toestand waarin personen zich verkeren. Als de we verschillende fases van psilocybine therapie verdelen dan kunnen we beter de gelijkenissen en verschillen opsommen.

Tijdens voorbereidingsfase wordt er aandacht besteed aan het verbeteren van de algehele gezondheid en bouwen de cliënt en de therapeut een relatie op en bespreken ze de doelen en intenties van de cliënt voor de therapie. Tijdens deze eerste fase kunnen diverse zaken hetzelfde worden aangepakt zoals het toevoegen van gesprekstherapie, blootstellingstherapie, EMDR en andere vormen van reguliere zorg. Zaken die juist anders zijn en die ook kunnen helpen zijn het toevoegen van supplementen en dieetadvies, gezonde beweging, meditatie, tips voor de slaap en het bekijken van films of het lezen van boeken om het brein alvast wat te beïnvloeden voor de psilocybine sessie zelf.

De psilocybine sessie zelf is het meest anders dan wat tot nu toe wordt gezien als conventionele therapie. Tijdens deze sessie wordt in overeenstemming een bepaalde dosering van psilocybine ingenomen. De locatie van wijkt vaak af van de reguliere zorg omdat de locaties niet lijken op behandelkamers, maar vaak mooi aangeklede ruimten zijn ter inspiratie van de trip. Het begingesprek van een psilocybine-trip kan op gesprekstherapie lijken maar is vaker gericht op het hebben van een mooie ervaring. Technieken zoals NLP kan helpen om de trip al tijdens het begingesprek een beetje te beïnvloeden aangezien suggesties sterker tot uiting kunnen komen. De cliënt wordt tijdens de introspectieve fase aangemoedigd om zich naar binnen te richten en zijn gedachten en emoties te verkennen. De introspectieve fase duurt tussen de één en vier uur en tijdens deze fase wordt er dus niet of minimaal gesproken. Zodra de cliënt weer nuchter wordt is er een eerste mogelijkheid tot reflectie op de trip. De meeste personen hebben echter vaak nog wel een aantal dagen de tijd nodig om alles te laten bezinken.

De integratie na de sessie wordt dus deels direct na de sessie gedaan en de rest kan naar behoefte een aantal dagen of soms weken later. Dan werken de cliënt en therapeut samen om te reflecteren en de inzichten die tijdens de ervaring zijn opgedaan te integreren. Tijdens dat integratiegesprek wordt er bekeken hoe de psychedelische ervaring kan worden gebruikt om de vooruitgang van te behouden en wat er nog meer gedaan kan worden. Tijdens deze laatste fase kan er worden gekozen om gebruik te maken van de reguliere zorg en hoeft er niet heel veel verschil te zijn met de reguliere zorg. Het grote verschil met reguliere zorg is echter dat na de psilocybine-therapie er meer personen geen extra zorg meer nodig is omdat er betere resultaten worden bereikt met psilocybine therapie.

Meer informatie:

Psilocybine therapie

 

 

3 antwoorden
1

Psilocybine therapie verschilt op een aantal fundamentele manieren van conventionele therapeutische behandelingen, zowel qua aanpak als de beleving van de cliënt.

Allereerst is er het bewustzijnsveranderende effect van psilocybine, dat zorgt voor een totaal andere staat van zijn dan de nuchtere toestand waarin reguliere therapieën plaatsvinden. Tijdens een sessie kunnen diepe inzichten, intense emoties en spirituele ervaringen naar voren komen. Dit opent vaak deuren die in gesprekken alleen moeilijk te bereiken zijn, zeker bij vastgeroeste patronen zoals bij depressie of trauma.

Bij psilocybine therapie wordt gewerkt met drie duidelijke fasen: voorbereiding, de psilocybine sessie en integratie. In de voorbereidingsfase wordt aandacht besteed aan voeding, neurotransmitterbalans en mentale voorbereiding, vaak ondersteund met gesprekstherapie of lichaamswerk. Deze fase creëert de optimale uitgangspositie voor een diepe innerlijke reis.

De daadwerkelijke psilocybine sessie is uniek in zijn intensiteit. Tijdens deze sessie, die plaatsvindt in een rustige, sfeervolle omgeving, wordt meestal weinig gesproken. De cliënt maakt een innerlijke reis die gemiddeld vier tot zes uur duurt. Gedurende deze periode worden emoties, herinneringen en patronen op een niet-lineaire manier ervaren en verwerkt. Het begeleidende team ondersteunt waar nodig, maar stuurt niet zoals in reguliere therapieën.

De integratiefase is essentieel om inzichten te vertalen naar blijvende veranderingen. Hier lijkt psilocybine therapie weer op conventionele methodes, met gesprekken die helpen om de ervaring te duiden en te verbinden met het dagelijks leven. Opvallend is dat veel cliënten na één of enkele sessies al langdurige positieve veranderingen ervaren, terwijl reguliere therapieën vaak langduriger en repetitiever zijn.

Een inhoudelijk verschil dat opvalt is dat psilocybine therapie niet alleen psychologisch werkt, maar ook neurologisch: het bevordert neuroplasticiteit en remt het Default Mode Network, waardoor mensen uit hun mentale “loop” kunnen stappen.

Meer hierover lees je ook in de informatieve artikelen zoals voor wie psilocybine therapie geschikt is en het buitengewone therapeutische potentieel van psychedelische drugs. Deze leggen ook uit waarom deze therapie met name geschikt is voor mensen die vastlopen in conventionele behandelingen en zoeken naar doorbraak en diepe transformatie.

Wil je weten of deze aanpak past bij jouw situatie? Dan kun je vrijblijvend de intake voor triptherapie invullen. Dat geeft inzicht in de geschiktheid en persoonlijke afstemming van het traject.

1

Volgens ChatGPT zijn dit de verschillen:

Psilocybinetherapie verschilt op verschillende manieren van conventionele therapeutische behandelingen:

  1. Psychedelisch Effect: Psilocybine is een psychoactieve stof die van nature voorkomt in bepaalde paddestoelen. Het veroorzaakt psychedelische effecten, waaronder veranderde perceptie, intensere emoties en soms mystieke ervaringen. Dit verschilt sterk van conventionele therapieën die meestal geen psychoactieve componenten bevatten.

  2. Diepgaande Ervaring: Psilocybinetherapie omvat vaak één of enkele sessies waarin de patiënt een diepgaande psychedelische ervaring heeft. Deze ervaring wordt gevolgd door integratiesessies waarin de persoon de ervaring met een therapeut bespreekt en deze in het dagelijks leven integreert. Conventionele therapie kan meer gespreksgebaseerd zijn, met regelmatige sessies over een langere periode.

  3. Doelgerichte Behandeling: Psilocybinetherapie wordt onderzocht als een behandeling voor verschillende psychische aandoeningen, waaronder depressie, angststoornissen en verslavingen. Het is vaak doelgericht, met een focus op het verkennen van diepe emotionele en psychologische patronen tijdens de psychedelische ervaring. Conventionele therapieën kunnen variëren in hun focus, afhankelijk van het specifieke behandelingsmodel en de behoeften van de patiënt.

  4. Begeleiding en Integratie: In psilocybinetherapie is begeleiding voor, tijdens en na de psychedelische ervaring essentieel. Integratiesessies spelen een grote rol bij het helpen van de persoon om de inzichten en veranderingen die tijdens de sessie zijn opgetreden, te begrijpen en toe te passen in het dagelijks leven. Conventionele therapie omvat ook begeleiding, maar de benadering kan anders zijn.

  5. Spirituele Dimensie: Voor sommige mensen heeft psilocybine een spirituele dimensie, waarbij de ervaring als transcendent of heilig wordt beschouwd. Dit is een aspect dat minder prominent aanwezig is in veel conventionele therapeutische benaderingen.

0

Vergelijking van psilocybine-therapie met conventionele gesprekstherapieën binnen de GGZ

Werkingsmechanisme

Conventionele gesprekstherapieën (zoals cognitieve gedragstherapie, CGT) grijpen primair aan op psychologische en cognitieve processen. Door middel van gesprekken leert de cliënt geleidelijk anders denken en doen, wat op termijn structurele veranderingen in de hersenen teweegbrengt (neuroplasticiteit) in gebieden die betrokken zijn bij emotie- en zelfregulatie. Met andere woorden: traditionele therapie richt zich op het hertrainen van denkpatronen en gedrag, waardoor bijvoorbeeld negatieve gedachten worden omgebogen en copingvaardigheden worden versterkt.

Psilocybine-therapie daarentegen heeft een farmacologisch aangrijpingspunt. Psilocybine (het werkzame bestanddeel in “magic mushrooms”/truffels) werkt als een krachtige agonist op serotonin-5HT_2A-receptoren in het brein. Dit veroorzaakt binnen korte tijd ingrijpende veranderingen in hersennetwerken en informatieverwerking. Vooral de default mode network (DMN) – een hersennetwerk dat actief is bij zelfreflectie en dat geassocieerd is met piekeren en starre denkpatronen – wordt tijdelijk “ontregeld” onder invloed van psilocybine. Daardoor kunnen nieuwe neurale verbindingen ontstaan en vastgeroeste patronen doorbroken worden. De combinatie van verhoogde neuroplasticiteit en het openen van het bewustzijn voor diepgaande emotionele ervaringen vormt de basis van de therapeutische werking die tijdens en na de sessie wordt waargenomen.

Samengevat: gesprekstherapieën veranderen de hersenen indirect en geleidelijk via gesprekstechnieken en oefening, terwijl psilocybine-therapie direct een veranderd bewustzijn en biologische respons uitlokt. Traditionele therapie manageert vaak symptomen en onderliggende cognities op bewuste wijze, maar kan moeite hebben om diep weggestopte trauma’s direct te adresseren. Psilocybine kan zulke diepe psychische processen juist naar de oppervlakte brengen en een gevoel van “doorbraak” geven, al komt dit door de intense ervaring soms met uitdagingen of overweldigende gevoelens.

Effectiviteit op korte en lange termijn

Korte termijn

Psilocybine-therapie kenmerkt zich door een relatief snelle werking op symptoomreductie. Klinische studies bij bijvoorbeeld depressieve patiënten laten zien dat één of twee sessies met psilocybine, ondersteund door therapeutische begeleiding, al binnen dagen tot weken substantieel effect kunnen sorteren. Zo vond een recente gerandomiseerde studie dat een enkele hoge dosis psilocybine (25 mg, met begeleiding) na 3 weken tot een significante afname van depressiescores leidde vergeleken met een placebo-dosis. In een andere trial bij zware depressie bereikte ongeveer de helft van de psilocybine-groep binnen twee weken zelfs volledige remissie van hun depressieve symptomen, tegenover nauwelijks verbetering in de placebogroep. Deze snelle respons is opvallend, aangezien traditionele antidepressiva of therapieën vaak maanden nodig hebben voor vergelijkbaar effect. Veel deelnemers melden na een psychedelische sessie direct een “reset”-gevoel of nieuw perspectief, wat gepaard kan gaan met verhoogde hoop en motivatie om aan herstel te werken.

Gesprekstherapieën daarentegen hebben doorgaans een geleidelijker beloop in het kortetermijneffect. Bij bijvoorbeeld CGT voor depressie of angst duurt het vaak meerdere sessies (meestal enkele weken tot maanden) voordat duidelijke klinische verbetering optreedt. In de eerste weken kan de vooruitgang gering zijn terwijl de cliënt nieuwe vaardigheden leert en deze begint toe te passen in het dagelijks leven. Pas na voldoende oefening en inzicht stapelen de positieve effecten zich op. Dit betekent niet dat gesprekstherapie ineffectief is op korte termijn – er kunnen zeker al vroege inzichten of kleine verbeteringen plaatsvinden – maar substantieel merkbare resultaten vergen doorgaans een minimale behandelingsduur (bijv. ~12 sessies bij CGT). Daarnaast is consistentie belangrijk: voortijdige uitval is een bekend probleem bij traditionele therapie, mede omdat de motivatie op de proef wordt gesteld als resultaten niet onmiddellijk voelbaar zijn. Over het algemeen geldt dus dat het kortetermijneffect van klassieke therapie minder abrupt en zichtbaar is vergeleken met het potentieel snelle resultaat van een psilocybine-interventie.

Lange termijn

Op de lange termijn tonen psilocybine-behandelingen potentieel opmerkelijke duurzaamheid van effect. Waar bij veel conventionele behandelingen (zowel medicatie als therapie) symptomen kunnen terugkeren zodra de behandeling stopt, suggereren vroege onderzoeksresultaten dat één of enkele psychedelische sessies een langdurige verbetering teweeg kunnen brengen. In klinische trials zagen onderzoekers dat depressieve klachten maanden na de psilocybine-sessie nog steeds significant verminderd waren ten opzichte van baseline. In sommige follow-ups behielden patiënten een groot deel van hun winst tot 6 maanden of zelfs 1 jaar later. Dit impliceert dat psilocybine, in combinatie met integratietherapie, mogelijk een meer blijvende reset of doorbraak in mentale patronen veroorzaakt. Ter illustratie: één studie meldde dat de antidepressieve werking van psilocybine groter en langduriger was dan die van traditionele medicatie, met effecten die langer dan een jaar konden aanhouden. Toch moet aangetekend worden dat de langetermijneffecten nog onderwerp van onderzoek zijn; niet iedere patiënt behoudt alle voordelen op de zeer lange termijn, en boostersessies of herhalingsbehandelingen zouden in de toekomst nodig kunnen blijken.

Conventionele gesprekstherapie kan eveneens langdurige voordelen opleveren, maar doorgaans alleen zolang de patiënt het geleerde blijft toepassen en/of de behandeling voortzet. Veel cliënten die een succesvolle therapie doorlopen, blijven nadien profiteren van betere copingstrategieën en inzichten die terugval helpen voorkomen. Zo kan CGT iemand vaardigheden bijbrengen (bijv. cognitieve herstructurering, exposure-technieken) die blijvend nuttig zijn. Echter, bij chronische of recidiverende aandoeningen zien we vaak dat extra onderhoud nodig is: terugval is niet ongewoon in depressie of angst na verloop van tijd, vooral als stressoren zich opstapelen. Om die reden worden nabehandelingen of boostergesprekken soms ingezet om het behaalde resultaat vast te houden. Het verschil met psilocybine is dat bij traditionele therapie geen biologische “kick-start” plaatsvindt – de duurzame verandering komt van gedragsoefening en is kwetsbaarder voor terugval als oude gewoontes terugkeren. Samenvattend biedt gesprekstherapie een geleidelijke maar stabiele opbouw, waar de duurzaamheid afhankelijk is van voortgezet toepassen, terwijl psilocybine een snelle doorbraak kan geven met potentieel langdurig effect, maar waar de bestendigheid nog verder onderzocht moet worden.

Duur en intensiteit van de behandeling

Behandelingsduur: Psilocybine-therapie volgt een heel ander tijdpad dan reguliere therapie. Een volledige psilocybine-behandeling omvat meestal enkele sessies over een beperkte periode (vaak 2 tot 3 dosissessies gespreid over een paar maanden). Voorafgaand is er een voorbereidingfase (enkele gesprekken om de patiënt mentaal voor te bereiden), gevolgd door de dosissessie(s) zelf en daarna integratiegesprekken om de ervaringen te verwerken. De acute sessie waarbij psilocybine wordt ingenomen, duurt doorgaans 6-8 uur op één dag, waarvan de piekervaring een paar uur beslaat onder voortdurende begeleiding van therapeuten. Na één of enkele van zulke sessies is het actieve behandeltraject vaak afgerond. Dit betekent dat de totale duur van de actieve behandeling relatief kort is – bijvoorbeeld enkele weken tot maanden in totaal, inclusief voorbereiding en nazorg, in plaats van jarenlange therapie.

Intensiteit: Hoewel de behandelperiode korter is, is de intensiteit van psilocybine-therapie hoog. Tijdens een sessie beleeft de patiënt een zeer diepgaande veranderde bewustzijnstoestand met intense emotionele en sensorische ervaringen. Velen omschrijven het als een “versnelde therapie” of een droomachtige reis door persoonlijke thema’s binnen de tijdspanne van één dag. Dit kan leiden tot krachtige emotionele ontlading, inzicht of confrontatie met trauma in een geconcentreerd tijdsbestek. Die intensiteit vereist dat de patiënt zich tijdelijk volledig uit het dagelijks functioneren terugtrekt (vandaar de noodzaak van begeleide setting). Gesprekstherapie daarentegen spreidt de intensiteit uit over vele kortere sessies. Een standaard therapiesessie duurt vaak ~45-60 minuten, meestal wekelijks of tweewekelijks. De emotionele belasting per sessie is vaak beter doseerbaar; moeilijke onderwerpen komen stukje bij beetje aan bod. De cliënt heeft tussentijds de ruimte om te oefenen en te herstellen. In totaal kan een traject bij bijvoorbeeld CGT 12 tot 20 sessies omvatten (bij wekelijkse frequentie dus 3-6 maanden), of langer bij meer complexe problematiek. In sommige gevallen volgt nog onderhoudstherapie over een periode van jaren voor terugvalpreventie. Deze continue zorg benadering staat in contrast met de kortdurende, intensieve interventie bij psilocybine.

Belangrijk om op te merken is dat traditionele therapie meer tijdsinvestering en geduld vergt van de patiënt. Dit kan knelpunten geven in de GGZ: er zijn vaak wachtlijsten en niet iedereen kan zich langdurige wekelijkse sessies permitteren. Psilocybine-therapie daarentegen vraagt een korte maar zeer gefocuste inzet; sommige patiënten vinden het aantrekkelijk dat een beperkt aantal sessies potentieel voldoende is, maar die sessies zelf zijn mentaal zwaar. De behandelingsintensiteit is dus verschillend: regulier verspreid en matig-intensief, psychedelisch geconcentreerd en zeer intensief.

Risico’s en bijwerkingen

Conventionele gesprekstherapieën hebben in tegenstelling tot medicamenteuze behandelingen weinig directe fysieke bijwerkingen. Aangezien er geen geneesmiddel wordt ingenomen, zijn er geen farmacologische neveneffecten zoals misselijkheid, gewichtstoename, slapeloosheid of seksuele disfunctie – bijwerkingen die bijvoorbeeld wél regelmatig bij antidepressiva (SSRI’s) voorkomen. Gesprekstherapie is daarmee veilig in somatisch opzicht. Mogelijke nadelen liggen meer op praktisch en emotioneel vlak: therapie kan confronterend zijn en tijdelijk emotionele pijn of stress naar boven brengen wanneer lastige onderwerpen besproken worden. Dit wordt echter doorgaans gezien als inherent aan het therapeutisch proces, en therapeuten bewaken het tempo om overmatige overspoeling te voorkomen. Een ander “risico” van langdurige therapie is dat het veel tijd en motivatie vergt; ongeveer 30% van de patiënten haakt voortijdig af (drop-out) in traditionele behandelingen, vaak vanwege teleurstelling, confrontatie of praktische barrières. Daarnaast kampt de GGZ met wachttijden, wat inhoudt dat dringend hulpbehoevende patiënten soms lang op therapie moeten wachten. Hoewel wachttijd op zich geen bijwerking van de therapie is, is het wel een risico op uitstel van hulp. Samenvattend: gesprekstherapie heeft weinig medische bijwerkingen, maar de behandeling is langdurig en vraagt doorzettingsvermogen; het emotionele ongemak dat soms optreedt (bijv. tijdelijke toename van angst bij exposure-therapie) is doorgaans beheersbaar en van voorbijgaande aard.

Psilocybine-therapie brengt een ander spectrum aan risico’s met zich mee, voornamelijk gekoppeld aan de acute psychedelische ervaring. Farmacologisch gezien heeft psilocybine een gunstig profiel: het is niet verslavend en fysiologisch weinig toxisch (het belast organen niet merkbaar en een dodelijke overdosis is bij normale dosering praktisch ongekend). Vergeleken met veel gangbare psychofarmaca is de lichamelijke impact beperkt. Echter, de psychologische bijwerkingen kunnen aanzienlijk zijn tijdens en kort na de sessie. Tijdens het psychedelische effect kan de patiënt te maken krijgen met hevige angst, paniek, paranoia of desoriëntatie – in de volksmond een “bad trip”. In een gecontroleerde therapie-setting wordt dit risico gemitigeerd door de aanwezigheid van getrainde therapeuten die de patiënt geruststellen en begeleiden, maar het is niet volledig uit te sluiten dat iemand een zeer angstige of emotioneel pijnlijke ervaring doormaakt. Dergelijke acute reacties worden als onderdeel van de therapie opgevangen (bijvoorbeeld door geruststelling, aanpassen van omgeving, eventueel kalmerende medicatie indien het echt uit de hand loopt).

Er zijn ook veiligheidsrisico’s als psilocybine onzorgvuldig wordt toegepast. Bij kwetsbare individuen – bijvoorbeeld mensen met een (familiaire) aanleg voor psychotische stoornissen of bipolaire stoornis – kan een psychedelische ervaring een psychose of manie triggeren. Daarom worden in klinische trials strenge screenings uitgevoerd en zijn deze groepen uitgesloten van behandeling. Incidenteel is gerapporteerd dat een deelnemer na psilocybine suïcidale gedachten ontwikkelde of verergerde (zoals gezien in één trial bij hoge dosis), al is dit moeilijk te onderscheiden van de onderliggende ziekte en komt het slechts sporadisch voor. Recent onderzoek meldt dat ~16% van de patiënten vier weken na een psilocybine-behandeling een tijdelijke achteruitgang in psychologisch welbevinden ervoer (bijvoorbeeld stemmingsschommelingen of onzekerheid). Deze effecten waren vaker aanwezig bij mensen met complexe persoonlijkheidsproblematiek en waren doorgaans van voorbijgaande aard. Goede nazorg en integratiegesprekken zijn cruciaal om dergelijke nadelige ervaringen te verwerken en om te buigen. Fysieke bijwerkingen van psilocybine zijn meestal mild: wat verhoogde bloeddruk en hartslag gedurende de sessie, soms misselijkheid of hoofdpijn nadien. Al met al is het risicoprofiel van psilocybine-therapie zodanig dat het als veilig wordt beschouwd onder professionele begeleiding en met screening, maar het vereist een gecontroleerde omgeving. Gesprekstherapie daarentegen kent nagenoeg geen medische risico’s maar wel de kans op uitblijvend effect of uitval. Men zou kunnen stellen: bij psilocybine is er meer kans op acute psychische bijwerkingen, terwijl bij conventionele therapie de “bijwerking” vooral het lang uitblijven van resultaat of demotivatie kan zijn.

Doelgroep en indicaties

De doelgroep voor psilocybine-therapie bevindt zich momenteel hoofdzakelijk onder patiënten bij wie conventionele behandelingen onvoldoende effect sorteren. In onderzoek wordt psilocybine vooral ingezet bij therapieresistente depressie – dat wil zeggen depressieve stoornissen die niet verbeteren ondanks antidepressiva en/of psychotherapie. Voor deze groep is de behoefte aan nieuwe interventies hoog, gezien het aanzienlijke percentage patiënten dat niet reageert op standaardzorg of telkens terugvalt. Psilocybine lijkt hier perspectief te bieden doordat het via een ander mechanisme werkt en soms ook werkt bij mensen die al “alles” geprobeerd hebben. Naast depressie zijn er studies gaande naar angststoornissen (bijvoorbeeld existentiële angst bij terminale kankerpatiënten), posttraumatische stressstoornis (PTSS, hoewel voor PTSS MDMA-therapie nog effectiever lijkt dan psilocybine), obsessieve-compulsieve stoornis (OCD), en verschillende verslavingsaandoeningen (zoals alcoholverslaving en tabaksverslaving). In verslavingsonderzoek boekten kleine studies met psilocybine opvallende resultaten – sommige rapporteerden abstinentiecijfers van 60-80% waar normale interventies veel lagere succespercentages kennen. Ook voor clusterhoofdpijn en eetstoornissen (zoals anorexia) wordt het experimenteel onderzocht. Over het algemeen worden psychedelica dus getest bij aandoeningen die chronisch of moeilijk behandelbaar zijn, waarbij traditionele gesprekken of medicijnen tekortschieten. Psychedelic-assisted therapy (PAT) toont in die context potentie om doorbraken te faciliteren en mogelijk hogere remissiepercentages te bereiken. Belangrijk is te benadrukken dat psilocybine-therapie niet geschikt is voor iedereen – personen met psychotische kwetsbaarheid, jongeren onder ~18 (vanwege gebrek aan onderzoek), of mensen met bepaalde medische contra-indicaties (ernstige hartaandoeningen, epilepsie zonder controle, etc.) worden uitgesloten. Binnen de huidige onderzoekssetting worden alleen zorgvuldig geselecteerde volwassen deelnemers met een indicatie zoals bovengenoemd toegelaten. Als de therapie in de toekomst regulier wordt, zal zij waarschijnlijk gericht blijven op specifieke diagnoses (met name ernstige depressie of PTSD die resistent zijn gebleken) en niet als eerstelijnsbehandeling voor bijvoorbeeld lichte depressie.

Conventionele gesprekstherapie heeft een zeer brede doelgroep en is feitelijk de hoeksteen van de GGZ-behandeling voor diverse psychische klachten. CGT en andere therapievormen (zoals psychodynamische psychotherapie, interpersoonlijke therapie, systeemtherapie, etc.) worden ingezet bij depressie (licht, matig en soms ernstig), angst- en paniekstoornissen, fobieën, trauma/PTSS, persoonlijkheidsstoornissen, eetstoornissen, verslavingen, relationele problemen en meer. Omdat er veel verschillende vormen van therapie zijn, is er voor de meeste patiënten wel een geschikte variant of benadering te vinden. In richtlijnen geldt vaak: bij milde tot matige depressie of angst is psychotherapie eerste keus (eventueel in combinatie met medicatie afhankelijk van de situatie). Ook bij zwaardere problematiek wordt therapie vrijwel altijd aangeraden, zij het vaak naast farmacologische behandeling. De indicaties voor gesprekstherapie zijn dus enorm breed, variërend van mensen met levensfaseproblemen tot ernstige psychopathologie, zolang de persoon in staat is tot een samenwerkingsrelatie met de therapeut. Daarnaast is gesprekstherapie geschikt voor alle leeftijden (er is speltherapie voor kinderen, CGT aangepast voor adolescenten, enzovoort). In de praktijk profiteren zeer veel mensen van traditionele therapieën – ze hebben door de jaren heen aantoonbaar miljoenen levens verbeterd. Dit brede succes en toepasbaarheid verklaren waarom deze therapieën zijn opgenomen in vrijwel alle behandelrichtlijnen. Samengevat: psilocybine-therapie richt zich thans op een relatief kleine subgroep van patiënten met specifieke, vaak ernstige indicaties (voornamelijk behandelresistente gevallen van bepaalde stoornissen), terwijl traditionele gesprekstherapie een generalistische inzet kent voor een groot spectrum aan psychische klachten en als fundament van de geestelijke gezondheidszorg dient. Een belangrijk voordeel van reguliere therapie is dan ook de widespread availability – het is overal beschikbaar en geaccepteerd, meestal vergoed door verzekeringen, en therapeuten kunnen de behandeling op maat van de individuele patiënt maken. Daartegenover staat dat psilocybine-behandeling momenteel slechts beschikbaar is in onderzoeksverband of gespecialiseerde (vaak private) settings, voor een beperkte doelgroep.

Klinische status en regulering

Psilocybine-therapie verkeert anno 2025 in een overgang van experiment naar mogelijke integratie, maar is nog niet algemeen toegestaan in de reguliere zorg (GGZ). Regulatoir valt psilocybine (het middel) in de meeste landen onder de strengste categorie verdovende middelen (bijv. Schedule I in de VS, lijst I in Nederland), wat betekent dat het gebruik buiten onderzoekssetting illegaal is. In Europa is tot op heden geen klassieke psychedelische stof officieel goedgekeurd als geneesmiddel voor psychische aandoeningen. De zorgautoriteiten hebben dus (nog) geen marktvergunning verleend voor psilocybine-behandelingen binnen de GGZ. Dit beperkt de toepassing tot klinische trials en kleinschalige experimentele protocollen. Wel erkennen steeds meer instanties het therapeutisch potentieel: de Amerikaanse FDA heeft psilocybine-therapie in 2018 en 2019 de status Breakthrough Therapy toegekend voor de behandeling van ernstige depressie. Die status duidt erop dat vroege bewijsvoering zo veelbelovend is (met potentieel “enorme verbetering” ten opzichte van bestaande therapieën) dat versnelde ontwikkelings- en beoordelingsprocessen gerechtvaardigd zijn. Op dit moment lopen er fase-2 en fase-3 klinische studies naar psilocybine wereldwijd. Zo is een grote internationale fase-3 trial voor therapieresistente depressie gaande (gefinancierd door o.a. Compass Pathways), en in 2023 publiceerde een consortium een positieve fase-2 studie in JAMA waarbij een enkele dosis psilocybine bij depressie significante en aanhoudende effecten liet zien. Voor MDMA-geassisteerde therapie (een verwante vorm van psychedelische therapie, gericht op PTSS) zijn fase-3 onderzoeken inmiddels afgerond met zeer goede resultaten (>67% genezingspercentage bij PTSS) en wordt in de VS een formele goedkeuring in 2024/2025 verwacht. Deze ontwikkelingen beïnvloeden ook de perceptie van psilocybine – de verwachting in het veld is dat psilocybine-therapie binnen enkele jaren een reguliere behandeloptie zou kunnen worden voor specifieke indicaties, mits de komende grote trials succesvol zijn en veiligheid op schaal bevestigd wordt.

In sommige regio’s zijn er al beperkte legale toepassingen. Australië was in juli 2023 het eerste land dat bij wet toestond dat erkende psychiaters psilocybine (voor depressie) en MDMA (voor PTSS) voorschrijven onder strikte voorwaarden. Dit gebeurt daar weliswaar nog zonder formeel geregistreerd geneesmiddel (er is dus een kader gecreëerd, maar geen door farmacie gereguleerd product beschikbaar, wat praktische problemen geeft). In de Verenigde Staten hebben enkele deelstaten (Oregon en Colorado) initiatieven genomen om psychedelische therapie te decriminaliseren of in gecontroleerde setting beschikbaar te stellen, zij het buiten de federale medische regelgeving om. In Nederland is psilocybine als stof verboden, maar is een natuurlijke vorm (truffels met psilocybine) onder een gedoogconstructie verkrijgbaar. Er bestaan hier particuliere initiatieven en retreats die psychedelica in semi-therapeutische context aanbieden, maar dit valt buiten de officiële GGZ en verzekering. Binnen Nederlandse universitair medische centra lopen wel onderzoeksprojecten, maar voor de gemiddelde patiënt is psilocybine-therapie via de GGZ nog niet toegankelijk.

Conventionele gesprekstherapieën daarentegen zijn volledig ingebed in het reguliere zorgsysteem en kennen een uitgewerkte klinische status. Psychologen, psychotherapeuten en psychiaters bieden deze behandelingen routinematig aan, en ze zijn opgenomen in nationale zorgstandaarden en richtlijnen. Toezichthouders hebben geen extra barrières voor therapieën als CGT – integendeel, deze zijn doorgaans eerstelijns aanbevolen en worden vergoed. Elke therapeut moet uiteraard bevoegd en geregistreerd zijn, wat de kwaliteit waarborgt, maar inhoudelijk is gesprekstherapie een algemeen geaccepteerde evidence-based praktijk. Regulering vindt plaats via beroepsregistraties en richtlijnen in plaats van via farmacologische goedkeuringsprocedures. Dit betekent dat de “regulering” van gesprekstherapie meer betrekking heeft op professionele standaarden dan op overheidsvergunning van een product, zoals bij medicijnen het geval is. Kortom, traditionele therapieën zijn breed beschikbaar, wettelijk erkend en financieel gedekt, terwijl psilocybine-therapie zich nog in een experimenteel stadium bevindt en onder strenge controle van onderzoeks- en toezichthoudende instanties staat. Pas na succesvolle afronding van klinische trials en evaluatie door organen als de EMA (Europees Medicijnenagentschap) of de FDA, zal psilocybine mogelijk een reguliere plaats in de GGZ verwerven. Tot die tijd blijft het een veelbelovende maar nog niet-gereguleerde interventie, in contrast met de gevestigde status van gesprekstherapie.

Bronnen: Recent onderzoek en overzichtsartikelen zijn gebruikt ter onderbouwing van deze vergelijking, waaronder klinische trialresultaten in toonaangevende tijdschriften, en rapporten van toezichthouders (EMA/FDA) over de stand van zaken in regulering. Deze bronnen illustreren de hierboven besproken punten omtrent werkingsmechanismen, effectiviteit, behandelduur, risico’s, indicaties en wettelijke status van psilocybine- versus traditionele therapie.

Social share