Welk effect heeft LSD op glutamaat?
LSD heeft een effect op de neurotransmitter glutamaat in de hersenen. Glutamaat is een excitatoire neurotransmitter die betrokken is bij de communicatie tussen zenuwcellen. LSD kan de activiteit van glutamaat in de hersenen veranderen door te binden aan de 5-HT2A-receptoren, die verspreid zijn in het brein.
Door de binding van LSD aan deze receptoren kan de balans tussen glutamaat en GABA veranderen. In sommige gedeelten van het brein is meer glutamaat een voordeel en in de hippocampus geeft een lager glutamaat-gehalte in verhouding tot GABA meer rust. Dit lijkt bij het gebruik van LSD het geval te zijn. Zie de werking van LSD op de afbeelding hieronder.
Neurobiologische mechanismen: LSD werkt primair als partiële agonist op serotonine-5-HT₂A-receptoren (evenals 5-HT₂C, 5-HT₁A, D₂, enz.). Activering van 5-HT₂A op piramidale neuronen in de cortex leidt tot toegenomen glutamaatafgifte (glutamaatrelease) in de prefrontale cortex. Tegelijkertijd kan LSD via 5-HT₁A-receptoren een remmend effect hebben (bijv. op GABA-remmende neuronen of hippocampale circuits). Zo zijn minstens twee glutamaterge routes voorgesteld: (1) 5-HT₂A-gestimuleerde excitatie van piramidale cellen die glutamaat vrijgeven, en (2) 5-HT₁A-gemedieerde toename van inhibitie (met name in hippocampus). Recent onderzoek toont bovendien dat LSD de presynaptische glutamaatdynamiek kan moduleren: in corticale neuronen reduceerde LSD bijvoorbeeld de Ca²⁺-instroom en verkleinde het het reserveblaasjespakket, wat de glutamaatafgifte kan veranderen. Deze signalen activeren downstream paden (mTOR, BDNF, etc.) die synaptische plasticiteit bevorderen.
LSD heeft ook invloed op andere glutamaterge netwerken. Bijvoorbeeld in de visuele cortex vinden we veel 5-HT₂A-receptoren; LSD verhoogt de activiteit en connectiviteit van V1 sterk, wat samenhangt met visuele hallucinaties. Verder beïnvloedt LSD mesocorticolimbische paden (D₂- en 5-HT₁A-actie in ventrale striatum) en sensorische cortex, maar specifieke glutamaatchanges zijn hier weinig onderzocht. In het algemeen lijkt LSD voornamelijk de glutamaterge neurotransmissie in het cortex-brede netwerk te ‘fluten’ (frontaal, visueel) terwijl subcorticale remming (thalamus) wordt opgeheven.
LSD’s glutamaatmodulatie gaat gepaard met duidelijk meetbare gedragsveranderingen. Acuut vermindert LSD werkgeheugen, flexibiliteit en executieve functies – waarschijnlijk door overactivatie van prefrontale circuits via 5-HT₂A. Intrigerend genoeg tonen sommige tests juist verbeteringen in frontaal-afhankelijke geheugenopdrachten na LSD, mogelijk gerelateerd aan de langere-termijn plasticiteitsbevorderende effecten van extra glutamaat. Subjectief ervaren gebruikers sterke hallucinaties, die neurobeeldstudies koppelen aan verhoogde corticale glutamatexcitatie: bijv. grotere connectiviteit van de visuele cortex correleert met scores op visuele hallucinaties. Ego-dissolutie hangt samen met verminderde communicatie tussen hippocampale/parahippocampale gebieden en de cingulate cortex, wat past bij psychedelica-onderzoek waarin glutamaatveranderingen in deze regio’s de zelfrepresentatie beïnvloeden. Ook werd geobserveerd dat LSD positieve sociale en emotionele effecten (meer empathie, verbondenheid) induceert, mogelijk door ontremming van glutamaterge top-down beïnvloeding van limbische systemen.
Samenvatting: Recente literatuur bevestigt dat LSD via 5-HT₂A-receptoren een toename van glutamaattransmissie in de hersenschors veroorzaakt, vooral in de prefrontale regio’s. Tegelijkertijd speelt 5-HT₁A-remming een rol in hippocampus en andere gebieden. Dit resulteert in een verstoring van het excitatie-inhibitie-evenwicht: thalamus en cortex raken overgestimuleerd, wat perceptuele en cognitieve veranderingen verklaart. Al deze bevindingen zijn ondersteund door dier- en humane studies (microdialyse, beeldvorming, elektrofisiologie) en gelinkte aan gedragsuitkomsten, zoals geheugenprestaties en subjectieve hallucinaties.